Principes

Bahá’u’lláh leert dat er één God is. De verschillende goddelijke Boodschappers, de Stichters van de verschillende godsdiensten, zijn allen van dezelfde bron afkomstig. Hun gemeenschappelijk doel is de mensheid naar geestelijke en morele volwassenheid te leiden.

We leven nu in een tijd waarin de mensheid zich ontwikkelt naar volwassenheid. Daardoor is de eenwording en de vorming van een vreedzame, mondiale samenleving mogelijk.

De principes, die volgens de bahá’ís van wezenlijk belang zijn om dit doel te bereiken, behoren:

  • Elk mens heeft de verantwoordelijkheid om onafhankelijk de waarheid te onderzoeken en niet blindelings heersende overtuigingen en tradities over te nemen of te volgen.
  • Omdat vooroordelen en onverdraagzaamheid de basis van saamhorigheid tussen de mensen vernietigen, moeten alle vormen van vooroordeel worden losgelaten.
  • Godsdienst moet de oorzaak zijn van eenheid, harmonie en eensgezindheid onder de mensen.
  • De gelijkwaardigheid van man en vrouw.
  • De uitersten van armoede en rijkdom moeten worden uitgebannen.
  • Ieder mens moet in staat gesteld worden om kennis te verwerven en opvoeding te ontvangen.
  • Godsdienst moet overeenstemmen met rede en wetenschap.

“Er kan geen enkele twijfel over bestaan dat alle mensen ter wereld, tot welk ras of welke godsdienst zij ook behoren, hun bezieling putten uit één hemelse Bron en de onderdanen zijn van één God.”